Dag 16: een heel stuk naar het westen, een heel stuk terug in de tijd

21 april 2016 - Kharkhorin, Mongolië

Donderdag 21 april: erg slecht geslapen door de geluiden van de kamer naast ons, de continu blaffende honden in de stad, het bijna volle maanlicht, de sigarettenrook vanaf de gang en vooral het keiharde bed.. Om 8 uur onze spullen gepakt en naar beneden voor het ontbijt. We geven onze koffers weer af bij de receptie, we komen hier zaterdag weer terug en nemen alleen een rugzak mee voor de komende twee dagen. Onze chauffeur (zijn naam klinkt als het Engelse MG) is er al en de nieuwe gids, een jonge gast van 27 stelt zich aan ons voor als Timor. We moeten nog wel even ontbijten (lekker naast een paar slurpende Chinezen) en dan stappen we in de 4x4 bus voor een rit van 370 km naar het Westen. Het eerste stuk in de stad gaat verrSsend vlot vanwege de Europees-Aziatische top hebben ze een bijzondere verkeersmaatregel genomen; alleen de kentekens die op een even nummer eindigen mogen vandaag de weg op. Dat scheelt stukken. Wij dachten dat dit ook werd gedaan om de smog tegen te gaan? Maar de grootste vervuiling komt niet van de auto's maar van de gers in de stad die met hout, kool en allerlei andere dingen warmgestookt worden. Onderweg zien we pas goed de uitgestrektheid van dit eindeloze land. Het bruine land dat langzaamaan wat groener wordt, wordt slechts op enkele plekken onderbroken door een dorpje, een wegrestaurant, winkeltje of een kudde koeien, schapen en geiten of paarden. De schaapsherders zitten traditioneel op een paard met een lange stok en een lange dikke jas met extra lange mouwen tot de knieën. De moderne versie houdt de kudde bij elkaar op een motor. In de lucht zien we soms grote vogels cirkelen. De chauffeur houdt er flink het tempo in maar moet soms flink op zijn rem trappen als er ineens een kudde oversteekt. Flink toeteren en een beetje doordouwen dan gaan ze gemakkelijk opzij. Halverwege stoppen we  voor een smakelijke lunch bij een wegrestaurantje in de middle of nowhere. Timor waarschuwt ons dat we wel genoeg moeten drinken, zij kunnen goed tegen de droogte maar wij zijn dat niet gewend. We stoppen even verderop bij wat een uitloper van de Gobi woestijn blijkt; ineens ligt er een zandduin op de weg! We maken even een foto maar de kamelen waarop je hier normaliter een ritje kunt maken zijn er niet. Waarschijnlijk zitten wij net te vroeg voor het toeristenseizoen. We rijden weer verder. Om half 3 komen we in Kharkhorin, de oude hoofdstad van het immense rijk van Djenghis Khan, waartoe hij rond 1126 de opdracht gaf en waarin op het hoogtepunt zo'n 15.000 mensen woonden. Vreemd genoeg heeft de stad slechts zo'n 130 jaar bestaan, daarna heeft Khublai Khan, de kleinzoon van Djengis, het centrum van het rijk verplaatst naar Beijing. De stad is nu een centrum voor archeologische opgraving. We bezoeken eerst het klooster, dat is omheind door een muur met 108 stupa's. Vroeger stonden hier binnen 62 tempels, maar na het communisme zijn er maar een paar behouden gebleven. Het hele complex is nu gelukkig Unesco werelderfgoed, er staan hier een paar bewerkte stenen voorwerpen (potten, leeuwen) die nog dateren uit de eerste stad, bijna 1000 jaar oud. We bezoeken de Mongoolse tempel, die nu als museum is ingericht. Het houten dak en de dakdragers zitten als een puzzel in elkaar, daar is geen spijker aan te pas gekomen. De tempels zitten wel vol met camera's dus stiekum een foto maken zit er niet in. We lopen ook nog naar de Tibetaanse tempel maar die is nog in gebruik dus daar kunnen we niet naar binnen. Wel leuk om te zien dat hier de gebedsvlaggetjes aan de gebouwen zijn bevestigd en in de wind wapperen. We gaan nog even de gertent in, waar gewone burgers bij de monniken om raad kunnen vragen tegen betaling van wat geld, dat weer ten goede komt aan restauratie en de herbouw van verdwenen tempels. We zien een stenen beeld van een leeuw met een inscriptie in een vergeten taal, waarschijnlijk een combinatie van oud-Tibetaans en oud-Mongools. Ter verering of als offer gieten mensen hier water of melk overheen. Het lijkt mij bizar dat je zulke bijzondere overblijfselen zo behandelt, de kop van de leeuw is helemaal donker uitgeslagen. Bij de uitgang belanden we als vanzelf in de beruchte "tourist trap". Een hele rij aan tafels met allerlei kitch en souvenirs, die we uit beleefdheid allemaal langs gaan. En natuurlijk koop ik ook nog wat: een mooie set belletjes voor aan het begin van een meditatieoefening. Als we bijna aan het eind van de lange rij zijn willen we ons omdraaien, maar de mevrouw van het laatste tafeltje begint naar ons te roepen. Ze komt met een paar belletjes aanlopen die mensen hier om hun baby's beentje doen zodat ze altijd kunnen horen waar het is. Voor 1.000 tigrik maken we haar natuurlijk ook blij!
We rijden een stukje terug en komen bij de zilveren boom van Guillaume de Roebroek. Volgens de legende kwamen uit deze boom vier stromen: wijn, water, sap, airag (wodka van paardenmelk). Daarnaast ligt het fonkelnieuwe museum van Kharkhorim, gebouwd met fondsen uit Japan. We zien er binnen een prachtige maquette van de stad Kharkhorim, met een duidelijke opdeling in vier kwarten; een islamitisch deel, een christelijk deel, een boeddhistisch deel en een joods stadsdeel. Het grootste deel van de restanten ligt nog onder de oppervlakte en is nog niet opgegraven al zijn archeologen al wel gestart met onderzoek. We leren over de tijd van Djenghis Khan en hoe de nomaden van Mongolië wilden handelen met China. Ze wilden hier graag zijde hebben maar de Chinezen vroegen veel te veel geld, waarop de Mongolen het land maar binnenvielen en stalen wat ze wilde hebben. De Chinezen wilden dan wraak nemen en vielen Mongolië aan, maar omdat zij nomaden zijn, trokken zij met hun gertenten gewoon weg en hadden ze geen last van de Chinezen. We horen de geschiedenis van de swastika, door Hitler misbruikt maar oorspronkelijk juist een erg mooi symbool over de oneindigheid van het leven en de twee kanten van alles (zwart-wit/positief-negatief). We zien verder hoe enorm groot het Mongoolse rijk geweest is, 3x de grootte van het Romeinse Rijk op z'n top. Ook hoe de Zijderoute heeft gelopen en dat het vooral de intentie van Djenghis Khan was om de vrije handel tussen de continenten mogelijk te malen. Hij had het verboden om afbeeldingen van hem te laten maken en ook wilde hij geen verering. Op zijn munt stond ook geen beeldtenis van hem. We weten het meeste van hem en zijn tijd via Marco Polo (maar dat werd destijds afgedaan als fantasieverhalen) en van zijn tijdsgenoot Guillaume de Roebroek. Na deze tentoonstelling krijgen we in een zaal een film te zien over een graftombe die een 100 km hier vandaan gevonden is. Het is een heel indrukwekkende vondst met muurschilderingen aan de twee ingangsmuren van draken van 8 meter lang en daarachter 4 grafkamers met enorme hoeveelheden beeldjes van klei en in het graf zelf halfverbrande botten en een enorme hoeveelheid sieraden, munten, doeken en nog veel meer. Dit moet wel een heel voornaam persoon geweest zijn en het is echt een supermooie vondst, een beetje vergelijkbaar met de tombe van Toetanchamon. Een beetje dan. 
Dan is het tijd en gaat het museum sluiten. wijnstappen in en een paar minuten later zijn we bij ons motel. We waren op het ergste voorbereid en het is inderdaad niet heel geweldig maar toch goed te doen. We gaan gauw een lekker biertje drinken in de bar en nodigen ook de gids en chauffeur hierbij uit. Even later kunnen we aan tafel en gaan we lekker eten. Na het eten lopen we nog even de heuvel op, waar we een paar stenen huizen zien en de kudde schapen. Net als de zon achter de heuvels verdwijnt zijn we weer terug bij het hotel. Ook dit bed is weer knoerthard dus we gaan op de dekens in ons eigen slaapzakje liggen. Van alle indrukken zullen we ook vannacht toch wel weer lekker slapen!

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

Foto’s